APPELBOMEN ASSORTIMENT KWEKERIJ JAN STERKEN

Kwekerijennederland.nl

Copyright © Dirk Staels

APPEL BOMEN – OUDE RASSEN – ASSORTIMENT KWEKERIJ JAN STERKEN

^{KLIK OP DE NAAM VAN DE APPELSOORT OM EEN FOTO en INFO FICHE TE ZIEN !!}

_{PERENBOMEN OUDE RASSEN ASSORTIMENT KWEKERIJ STERKEN}

_{klik hier}

ALLE FRUITBOMEN WERDEN LANGZAAM OPGEKWEEKT MET RESPECT

VOOR DE NATUUR ! DEZE HEERLIJKE OUDE RASSEN ZIJN TE

VERKRIJGEN OP LAAGSTAM(stam ca 50 cm) – HALFSTAM (stam ca 130cm)

HOOGSTAM .(stam 200 cm.)..EN SOMMIGE RASSEN KWEKEN WIJ OOK OP

DRIEKWART STAM ( +- 160/170 cm ) – dit is een ideale hoogte om nog net onder

de bomen door te kunnen kijken en het achterliggende landschap niet te missen

Kwekerij Sterken Jan – Scharebrugstraat 132 – 8370 Blankenberge

Tel : 050428927 & 050411991 – sterken.be

Klik hier voor : PEREN KLEIN FRUIT PRUIMEN NOTELAARS

AANBOD(ziekteresistente) APPELBOMEN :

ALKMENE -oranje rode appel op gele achtergrond, wit sappig vruchtvlees (gewonnen uit Oldenburg en Cox ) dd 1960 – september appel

ANANAS REINETTE – groengele – heldergele appel met grijze stippen, geelwit sappig vruchtvlees,fris zurig.- Oud Hollandsras-pluktijd Oktober – Rijpen van December tot Maart.

BERGLANDER –syn. Belle Fleur des Flandres – grote groenrode appel , met grijze stippen, vast, wit vruchtvlees, matig sappig, aangenaam fris, bewaren van november tot maart.

BEST ROOD – middelgrote appel groen rood, bij rijpheid geel-rood, wit saprijk vruchtvlees, licht zurig, te gebruiken van november tot Januari.

BISMARCK – grote ronde en zure appel, afkomstig uit Nieuw Zeeland, oud ras – keukenappel/ schijfjes appel met bruine suiker = lekkernij.

BLENHEIM ORANGE – zeer oud Engels ras ( 1740)syn. Dempster’s Pippin , afkomstig uit Woodstock (Blenheim Oxfordshire UK) zeer goede stoofappel, behoudt zijn stevigheid, bruikbaar van oktober tot december.

BLOEMEEZOET – zoete rood- groene appel, een van de eersten van seizoen, plukrijp midden augustus, keukenappel , is niet lang bewaarbaar (enkele weken slechts)

BRABANTSE BELLEFLEUR – groen rodemiddelgrote appel met gladde schil, vast wit vruchtvlees, matig sappig, oogst eind september – oktober, keukenappel en ook eetappel, herkomst wellicht Holland, zelfbestuivend ( autofertiel) bewaart in koele ruimte tot april.

BRAMLEY’S SEEDLING – grote groen rode appel, triploid(geen bestuiver voor andere rassen), sappig met hoog zuurgehalte, keukenappel alsook voor fruitsap – bewaart van sept. tot februari.

COURT PENDU PLAT – zeer oud ras met onbekende afkomst, klein platte vrucht, grijsgroen -bij rijpheid geel met rood aan de zonne kant. vruchtvlees vast, geelachtig, zacht zure smaak met speciaal aroma -eetappel, zeer late bloeier – te gebruiken van eind december tot maart.

COURT PENDU ROSAT – zeer oud ras, middelgrote roodachtige appel, afgeplat – vast vruchtvlees, zoetzuur , hoog suikergehalte, goede kwaliteit – eetappel, pluk in november – bewaart tot april.

COX’S ORANGE PIPPIN – oud Engels ras (1825) gewonnen door M. Cox uit Colnbrook, vermoedelijke herkomst Ribston Pippin. Dit is de typische Engelse eetappel wijd en zijd geroemd om zijn kwaliteiten. Klein tot middelgrote appel met oranje rode blos, sappig en aromatisch lichtgeel vruchtvlees – bijzondere dessert appel ! Pluk van sept tot begin oktober. Bewaart diverse weken ( of maanden indien groen geplukt) ,maar is op zijn top indien licht rijp geplukt en dan slechts enkele weken bewaard wordt.

CWASTRESSE DOUBLE (R.G.F) – middelgrote appel, groengeel later rood oranje licht gemarberd, stevig en zoetzuur, goede eetappel – bruikbaar van eind september tot december

DIEVOET (syn. Cabaret ) – middelmatige tot dikke appel, groen geel, vast en sappig ietwat zuur vruchtvlees, rijp in oktober-november bewaart goed en lang, vanaf jan. als dessertappel te gebruiken.

DIJKMANSZOET – middelgroot tot groot – groene appel indien rijp licht geel met aan zonnezijde rood gestreept, wit en droog zoet vruchtvlees, keukenappel – bruikbaar in de wintermaanden.

DUBBELE BELLEFLEUR (Ossekop) grote groene appel met rode blos, eetappel, vruchtvlees geelachtig, droog en zachtzuur – ideaal voor lichte gronden – te gebruiken in oktober- november , goede bewaarappel.

DUBBELE ZOETE AAGT – Oud ras, groengeel met lichte rode blos aan zonnezijde, eet en keukenappel, stevig zoet vruchtvlees

ELSTAR – gemiddeld grote appel die zeer populair is in Nederland – geelgroen met stevige rode blos aan zonnezijde, stevig en sappig vruchtvlees, knapperig, zoetzuur van smaak. – plukrijp 2de helft september – bewaart tot april. – Zelfbestuivend

EMPEREUR ALEXANDRE – stevige dikke appel afkomstig uit centraal Rusland – groengeel tot karmijnrood aan de zonnezijde, wit vruchtvlees, zacht en sappig.- in eerste instantie keukenappel kan ook als eetappel- oogsttijd september

EYSDENER KLUMPKE – middelgrote groen-rode appel, herkomst Nederland (syn. Sabot d’Eysden, Posson Rouge d’Hollande)- vast wit-groen vruchtvlees, zoetzuur – eet-en keukenappel. Pluktijd oktober – bewaart tot maart.

FRANSE ZURE – middelgrote appel, groen-rood van kleur, fris zure smaak – geschikt als keukenappel en bewaarappel.

CASCOGNE SCARLET (syn. Cascoyne’s Scarlet Seedling ) herkomst Sittingbourne Engeland omstreeks 1871? Kleur is variabel, geelachtig groen, tot groen en rood met stippels op de schil, wit groenachtig , zuurzoet vruchtvlees- eet en keukenappel, bewaart niet zo goed.

GLORIE VAN HOLLAND -grote appel, oud ras gevonden door Haselbach te Rockanje omstreeks 1880, licht geelgroen van kleur, wit zeer saprijk vruchtvlees, aangenaam zachtzuur van smaak, pluktijd september – te gebruiken nov- januari.

GODIVERT (R.G.F) -middelgrote appel, groengele kleur met blos aan zonnezijde, sterk zuur vruchtvlees, geschikt voor moes- pluk eind oktober – consumptie tot eind april.

GRAVENSTEINER – zeer oud ras ,middelgrote appel met vermoedelijke herkomst Denemarken, groengele basiskleur – roodgestreept aan zonnezijde, geelachtig wit vruchtvlees, zeer sappig, zacht en smakelijk, eet en keukenappel, te gebruiken eind augustus, september, bewaart niet lang.

GRIJZE VLAAMSE REINET (syn. Reinette de Flandre ) middelgrote appel met herkomst uit Noord-Frankrijk ,geelgoud roestbruine kleur, sappig en zoetzuur wit vruchtvlees. Plukrijk oktober op koele plaats te bewaren tot januari. Smakelijke eetappel en keukenappel, tevens te gebruiken voor sap en cider.

GRONINGER KROON – Matig grote appelsoort gevonden door S.H.Brouwer te Noordbroek in 1875, groen kleur bij rijpheid geel en aan zonnezijde rood gevlekt en gestreept, droog geelachtig vruchtvlees, zachtzuur – te gebruiken van november tot januari

HONDEKOP : Vrij grote, meer lang dan brede appelsoort, zeer productief – sappig, lekker aroma , groen met rodeblos aan zonnezijde , licht gestipeld – plukrijp tweede helft september . Eetappel.

INGRID MARIE –middelgrote mooie rood gespikkelde appel afkomstig uit Denemarken ( 1910) -verwantschap met Cox Orange Pippin wordt vermoedt, vruchtvlees roodgele schijn en zoetzure smaak. Populaire en super lekkere appel maar na WOII naar de hobbyteelt verdrongen.Op zijn lekkerst vers geplukt te eten, is ook de ouderplant van Elstar !

JACQUES LEBEL (syn. Double des Vosges ) middelgrote tot grote appel met herkomst uit Amiens (Frankrijk) groengeel met rode blos aan zonnezijde, wit sappig en zacht vruchtvlees, te oogsten eind september tot tweede helft oktober

JAMES GRIEVE – middelgrote groenrode appel met mooie blos aan zonnezijde, oud appelras , afstammeling van Cox Orange Pippin en een Pot’s Seedling, dé ideale zomerappel wel stootgevoelig ! Het vruchtvlees is geelachtig wit met zachtzure smaak en fijn aroma. Kan reeds in augustus geplukt worden , goede eetappel (en keukenappel) – Zelfbestuivend (autofertiel)

KARMIJN DE SONNAVILLE -grote appel, kruising van Cox Orange Pippin en Schone van Boskoop – reeds in 1949 gewonnen door Piet de Sonnaville en in 1971 commercieel op de markt gebracht. De kleur is geelachtig groen met roestbruinrode inslag, wit sappig en aromatisch vruchtvlees, goede zoet-zuur balans en heerlijk aroma. Lekkere eetappel ( ook voor sappen geschikt) – minpunt voor de commerciële handel was de ruwe schil.

KASTELEIN

KATTEKOP (syn. Calleville de Saint Saveur ) -grote ronde groen gele appel, wit vast vruchtvlees, gemiddeld sappig, zachtzuur, plukrijp in oktober

KEULEMAN – klein tot middelgrote appel, groen-rode kleur, keukenappel -groenachtig wit vruchtvlees, nogal droog, zuur zonder sterk aroma – bruikbaar van Januari tot mei – Zelfbestuivend (autofertiel)

LA PAIX (R.G.F) – middelgrote appel, gladde schil felrode kleur, knapperig, sappig en zoet, goede eetappel. Plukrijp eind september -begin oktober – consumptie tot eind november.

LATE RODE

LEMOEN APPEL – Oud Nederlands appelras gewonnen door Notaris J.H. Th.W. van den Ham ( zelfde als van Notarisappel ) 1885. Grote roestbruine appel aan zonnezijde rodeblos- wit vast en sappig vruchtvlees, friszure smaak en goed aroma.

LORD LAMBOURNE – Oud Engels ras 1907 ( afstammeling van James Grieves & Worcester Pearmain), middelgrote regelmatige appel, lichtgroen van kleur bij rijpen goudgeel met sterk helderrood aan zonnezijde,licht gestreept. Crème-wit vruchtvlees dat bijzonder sappig en zachtzuur is, bijzonder aroma, subtiele en diepe smaak , dat het vermoeden doet rijzen dat er mogelijk Cox Orange in zijn afstamming zit. Eetappel te gebruiken van oktober tot november

MELROSE – middelgrote appelsoort uit 1937 kruising van Jonathan & Delicious, groenrode appel, vruchtvlees wit met friszure smaak , plukrijp in september en eetrijp in december, goede eet- en bewaarappel.

NOTARISAPPEL – grote appel gewonnen in 1890 door notaris J.W.Th.W. van den Ham in Nederland, vermoedelijke zaailing van ‘Princesse Noble’- lichtgeelgroene eet appel met aan zonzijde soms een beetje rood gestreept, sappig lichtgeel vruchtvlees, zachtzuur met aangenaam aroma, plukrijp half september – voorkeur voor lichte gronden- eetappel.Zelfbestuivend (autofertiel)

PATER VAN DEN ELSEN

PEASGOOD NONSUCH – oude Engels appelras gewonen in 1858 door Mrs Peasgood in Stamford, Lincolnshire- Lichtgroene kleur met grijze stippellijnen. Sappig en zacht van smaak, goed aroma. Plukrijk midden september.

PFIRSICHROTER SOMMERAPFEL

REINE DES REINETTES (syn. King of the Pippins ) zeer oud appelras in 1770 ontstaan in Nederland, er vooral bekend als Kroonrenet, ietwat oneffen dofgele kleur met grijze stippen en rode strepen, bleekgeel vast en sappig vruchtvlees, krokant en zachtzuur tot zoet (indien voldoende lang aan boom) . Goede eet- en bewaarappel. Plukrijk midden – eind september – consumptie tot eind december, goede bestuiver vr andere soorten.

REINETTE BAKKER PARMENTIER

REINETTE D’ESCARDRE , herfstreinette , gewonnen door B. Descardre 1820 – introductie in 1834, grote appel, oranjerode blos aan zonnekant, sappig en zoetzuur, goed en aangenaam aroma, eet- en keukenappel, bewaart tot december.

REINETTE DE BLENHEIM (R.G.F) – zeer oud Engels appelras omstreeks 1740 gewonnen, middelgrote appel, goudgele kleur met mooie blos aan zonnezijde, zachte schil, fijn roomwit vruchtvlees, zachte smaak , goed aroma. Plukrijp eind september – oktober – bewaren tot en met januari.

REINETTE GRISE

RODE BOSKOOP (syn. Rode goudrenet)- grote rode appelsoort met flinke blos, stevig friszuur vruchtvlees- goede eet-en moesappel, plukrijk eind september- midden oktober – bewaart tot maart.

SCARLET PIMPERNEL (syn. Stark’s Earliest ) – eerder kleine groen rode appel, wit sappig vruchtvlees – vroege variëteit, rijp in juli.

SEPTEMBER ROOD

STERAPPEL (Rode Reinette, Pomme de Coeur) – middelgrote gelijkmatige appel, mooi helderrode kleur met lichte grijze stippen. Vruchtvlees lichtrood, zacht zurig, bijzonder aroma – te gebruiken van oktober tot december.

STREPELING

TRANSPARANTE DE CRONCELS – grote oude appelsoort, afkomstig uit Troyes 1869 (gewonnen door E. Baltet) , bleekgroene kleur, indien rijp geelgroen. Zacht wit- geelachtig vruchtvlees, sappig en lichtzuur met goed aroma – plukrijp oktober. – Zelfbestuivend (autofertiel)

TREZEKE MEYERS – middelgrote appel vermoedelijk uit Oost-Vlaanderen, groen gele kleur rood gekleurd aan zonnekant, stippels, wit vruchtvlees vast en sappig ,eetappel en keukenappel, plukrijp eind september eerste helft oktober , te bewaren tot februari

TYDEMANS EARLY WORCESTER – oude appel van origine Engeland (Kent) 1945- mooie rode eetappel , vruchtvlees sappig en zoet met een licht aarbei aroma – plukrijp in september.

VEURNSE REINET –middelgrote appel , groengeel met vermiljoenrood aan de zonnezijde, fijn en zeer gearomatiseerd vruchtvlees, uitstekende eetappel en keukenappel

WINSTON – matig tot kleine appelsoort uit Engeland , met geelwit vruchtvlees, sappig en knapperig, plukrijp in oktober , bewaart tot maart.

WINTERRAMBOER – matig tot kleine appelsoort vermoedelijke afkomst Frankrijk, bruin(groen)rode appel,gestreept – groengeelachtige vruchtvlees, sappig en zuurzoet, vruchten eetbaar van januari tot mei.

WITTE WINTERLOMBARTS CALVILLE – oud appelras van Franse oorsprong, middelgrote soort, lichtgroen met een zeldzaam bruin tintje, vruchtvlees zachtzuur van smaak , geelachtigwit, kapperig en zeer goed aroma. Eetappel – vroeger zeer goed verspreid.

YELLOW TRANSPARANT (Oogstappel ) – klein tot middelgrote appelsoort – zacht wit vruchtvlees met vrij zure smaak – plukrijk half juli tot midden augustus – bewaart slechts enkele weken .

Malus domestica ‘Eisdener Klumpke’

Malus domestica’Lombaerts Calleville’

Malus domestica ‘ Elstar’ , knapperig, zoetzuur, sappige appel – bewaart goed !

Malus domestica ‘HONDEKOP’ – Heerlijk !!!

Appelbloesems hebben ook een schitterende sierwaarde – op foto James Grieves in bloei . We verzamelden een reeks foto’s van fruitbomen in volle bloei – kijk hier om de sierwaarde te ontdekken

Standplaats: appelbomen staan voor een goede opbrengst best op een zonnige beschutte plaats. Is er in de herfst reeds vroeger minder zon ( omwille van gebouwen of andere bomen) kies dan voor rassen die vroeger rijp zijn, is de standplaats in de lente nog bijzonder vorstgevoelig kies dan voor latere rassen, zodat de bloemen niet kunnen bevriezen .

Plantafstanden : het aantal bomen dat u kan gaan zetten hangt sterk af van de keuze van de boomvorm ( laagstam, halfstam, hoogstam of 3/4 stam) én van de keuze van de onderstam (waarop uw fruitboom geënt is ) – Ons advies rekening houdend met de door ons gebruikte onderstammen is = Laagstam (2, 5m tot 3m afstand) – Halfstam ( 5m afstand ) – 3/4 stam (6,5 – 7m afstand) – hoogstam ( min. 7m afstand)

Grondsoorten : Leemgrond is ideaal voor fruitbomen, kleigrond is bijzonder vruchtbaar, maar hier is voorzichtigheid geboden voor te natte gronden, plaats daarom indien mogelijk de fruitbomen iets hoger dan omgeving. Zandgronden warmen zeer vlug op waarbij de bomen vroeg gaan uitlopen, het zijn echter meestal armere gronden waarbij een extra bemesting met goed verteerde stalmest of organische mest aan te raden is.